Een burger van een Afrikaans land die – als toerist – naar landen in hetzelfde continent wil reizen, heeft nogal wat hordes te overwinnen. Peperdure visa, spijkerharde schema’s en hoge kosten.

In Europa draaien we onze hand niet om als we de grens overgaan. Nederlanders in de grensstreek gaan voor iets triviaals als een tank benzine even naar het buitenland en komen weer terug. Op en neer naar een concert of voetbalwedstrijd in Brussel of Düsseldorf kost ook geen moeite en op vluchten van Amsterdam naar Kopenhagen wordt je paspoort vaak niet eens meer gecontroleerd.

En hoewel de controlevrije Schengen-zone momenteel onder druk staat door de vluchtelingensituatie, is grenzeloos Europa nog steeds de realiteit voor een half miljard mensen.

Hoe anders is het voor de inwoners van Afrika die niet willen vluchten, maar juist andere landen in het continent willen bezoeken. Welgeteld één van de tientallen landen in Afrika, de Seychellen, biedt visumvrij reizen aan voor álle Afrikaanse nationaliteiten. Slechts dertien van de 55 landen landen bieden een visum-bij-aankomst of visumvrij reizen aan hun continentsgenoten. De gemiddelde Afrikaan heeft een vooraf aan te vragen visum nodig voor 55 procent van de landen. Dat blijkt uit het eerste Visa Openness onderzoek van de African Development Bank (AfDB).

Het is makkelijker voor Europeanen en Noord-Amerikanen om door Afrika te reizen dan voor Afrikanen zelf.

Als de Seychellen het best scoren, is Libië het meest gesloten land van het continent, iets dat ongetwijfeld te maken heeft met zowel de recente conflicten in het land als het feit dat het een belangrijk doorreisland is voor vluchtelingen op weg naar Europa. Maar ook Zuid-Afrika en Ethiopië, twee opkomende en bevolkingsrijke landen binnen Afrika, komen niet ver op de ranklijst. Ze staan respectievelijk op de 34e en 46e plek.

Rwanda positief voorbeeld

De AfDB breekt in het rapport een lans voor meer regionale visumovereenkomsten. Quartz noemt het voorbeeld van het kleine Rwanda. Dit land heeft voor burgers van de Oost-Afrikaanse Gemeenschap (samenwerking van zes landen met 170 miljoen inwoners) de eis voor een werkvergunning afgeschaft. Talenten uit Kenia en Tanzania, beiden buurlanden van Rwanda, kunnen dus probleemloos aan de slag in het open Rwanda. En met dank aan een deal met buurlanden Kenia en Oeganda is grensverkeer mogelijk met alleen een simpele ID-kaart. Grensoverschreidende handel is daardoor met de helft toegenomen. Er komen ook 17 procent meer toeristen van buiten, omdat ze niet voor elk land apart een papiertje nodig hebben.

Reisblogger Ciku Kimeria uit Kenia ondervindt persoonlijk hoe moeizaam reizen in West-Afrika voor haar is. Op SuluZulu beschrijft ze de bureaucratische nachtmerrie om visa aan te vragen voor Burkina Faso, Togo en Benin. Voor elk land apart had ze bij de visumaanvraag een zogenoemde 'letter of invitation' nodig. Dit is een document van een 'gastheer' in het land, vaak een hotel of reisorganisatie, die de toerist uitnodigt om het land te bezoeken. En om die brief te bemachtigen, zijn weer vlieg- of bustickets nodig. "Ik kwam er al snel achter dat er voor de Afrikaanse reiziger geen ruimte voor spontaniteit is. Onderweg moet je elk detail van je reis hebben vastgelegd", schrijft ze.

En daar komt nog bij dat de kosten hoog zijn voor de meeste Afrikanen. Een Keniaan moet 125 dollar neertellen voor een maand toegang tot Ivoorkust - en dan is buurlanden bezoeken ook nog niet mogelijk, omdat je het land maar één keer mag inreizen.

Exorbitante vliegreizen

Kimeria beschrijft ook dat de kosten van vliegen binnen Afrika bijzonder duur is. Een retour naar Dubai vanuit de Keniaanse hoofdstad Nairobi is slechts 350 dollar, terwijl een reis naar Mozambique al snel boven de 1000 dollar uitkomt. "Maar terwijl ik vrede heb met het feit dat ik met een zeker niveau van achterdocht bejegend zal worden buiten het continent, verbaast het me nog het meest dat ik diezelfde uitdagingen ook tegenkom ín Afrika zelf", schrijft ze.

Ook de AfDB ziet de geslotenheid als een probleem. "Afrikanen hebben nog steeds visa nodig voor meer dan de helft van hun continent. Dit soort feiten gaan in tegen het doel om werkelijk 'één Afrika' te worden. En we weten al dat vrij verkeer van mensen, goederen, diensten en kapitaal de levensbloed is die Afrika's integratie verder zal helpen", schrijft president van de bank Akinwumi Adesina.

In een tijd dat China langzaam minder investeert in Afrika, zijn geldstromen binnen Afrika wellicht het antwoord. Ghana is één van de grotere landen die het goede voorbeeld geeft en vanaf juli alle andere Afrikaanse nationaliteiten toelaat.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl